Quito
Na een goede reis met KLM en een tussenstop van 4 uur in Panama komen we aan om 24:00 / (13 oktober lokale tijd) op het vliegveld van Quito.
Dertien uur vliegen met een tijdverschil van 7 uur.
Vermoeid van de reis vallen we een uurtje later in slaap in een klein gezelig hotelletje in het oude centrum.
Het oude centrum staat op de wereld erfgoedlijst van Unesco en is zeker de moeite waard om te bezichtigen.
Zie de foto rechts vanaf de "Basilica del Voto Nacional".
De hoofdstad van Ecuador is gelegen op +2850m, dus de beklimming van de Basilica op de eerste dag was een flinke inspanning.
De ochtend na aankomst hebben we ook kennis gemaakt met de andere groepsleden van de rondreis door Equador.
Twee stellen uit Brabant, Albert & Mieke en Bert & Wilma, Jan-Willem uit Noord Holland en Fleur uit de UK.
Later zouden zich bij ons voegen onze gids David en onze chaufeur Johnny.
Achteraf een leuke groep en een prima aantal.
's Avonds regende het al in Quito hetgeen een voorbode is van het regenseizoen.
We hadden bewust voor het laagseizoen gekozen (regenseizoen) hopende de grootste toeristische drukte te vermijden.
De dag na aankomst scheen gelukkig de zon weer.
Met de groep zijn we op eigen initiatief Quito gaan verkennen.
Een gezellig en vooral veilig centrum.
Niet ten laatste door alle toeristenpolitie die je op elke hoek van de straat tegenkomt.
's Avonds hebben we nog een gezellig restaurantje opgezocht waar 'Lomo', 'Pollo', 'Pescado' (met pattas frietas of rice), pasta's en pizza's vaak de hoofdgerechten zijn.
Ook gebraden Guinypig (Kavia) of Alpaca, twee lokale delicatessen, kun je op veel menukaarten terugvinden.
|
Tena
De volgende dag vertrekken we met onze privé bus via Papalacto, een Spa-resort met warmwaterbronnen verwarmd door vulkanische activiteit in de buurt, naar Tena.
Aan de Napo rivier hebben we drie nachten doorgebracht in de Cotococha jungle lodge.
Mooie uit hout en bladeren opgetrokken lodges alleen voorzien van ramen met muggengaas.
Het slapen in deze omgeving met alleen het geluid van vogels, kikkers en krekels (spinnen en slangen hoor je niet) is een rijke ervaring.
Vanuit de lodge zijn we twee maal met de boot stroomopwaarts getrokken.
Dieren spotten en laveren over de Napo om de ergste stroomversnellingen te ontwijken.
Eenmaal moesten we er zelfs uit om de boot weer vlot te trekken.
De eerste maal bracht de boot ons naar een dierenopvangcentrum, op een hete vochtige dag van zeker 35gr/C.
De kooien zaten vol met ara's, doodskopaapjes, slangen, schildpadden, toekan's, whooly monkey's, wilde katten, aligators en veel meer......
De tweede maal zijn we naar een lokale gemeenschap gevaren waar we de blaaspijp hebben geprobeerd en goud hebben gevonden in de rivier.
De lodge voorzag bovendien in heerlijke maaltijden.
|
Otavalo
Otavalo is onze derde bestemming.
Het kleine stadje ten Noorden van Quito (gelegen op +2500m) staat bekend om de vele soorten handenarbeid.
De eerste dag starte al vroeg in de ochtend met een bezoek aan de veemarkt en het 'Plaza la Poncho'.
Twee kleurrijke markten met allerlei koopwaar hetgeen heel wat mooie plaatjes opleverde.
De lokale Quichua bevolking in oorspronkelijke klederdracht.
Fel gekleurd met traditionele hoed en poncho.
Op de tweede dag hebben we een wandeling gemaakt rond het nabijgelegen vulkanische Cuicocha kratermeer (+3064m).
Het meer is onderdeel van het ecologische reservaat Cotacachi-Cayapas.
Het reservaat staat bekend om haar grote bio-diversiteit en vele soorten vogels.
De rondreis had naast vele culturele aspecten, bezoek aan steden, jungle (Amazon), hooggebergte (Andes) en kust (Pacific) tevens een actief karakter.
Elke dag stond er wel een actief onderdeel op het programma.
Zo zijn we zeker wel vijfmaal boven de 4000m uitgekomen.
|
Lokale bevolking (Indigenas)
De 'indigenas' uit de noordelijke hooglanden komen elke zaterdag naar de 400 jaar oude weekmarkt om hun eigen handelswaar te verkopen en met andere producten weer huiswaarts te keren.
Het is een markt waar je kleding, vlees, fruit, leer, traditionele vilten hoeden, poncho's en veel meer kunt kopen.
Het is een drukte van jewelste waar goederen van hand tot hand gaan.
Op elk hoekje van de straat staat wel iemand zijn waar aan te bevelen.
Als toerist kun je vrij rondwandelen maar wordt je wel gezien als een potentiele bron van inkomsten.
Verkopers die je aanspreken, bedelaars die een dollar willen, zakkenrollers die je in de gaten houden en je soms ook proberen te rollen.
Maar als je oplet en de mensen aardig benadert gaat alles goed.
Over verhalen van beroving zei onze gids dat dit zelden voorkomt bij toeristen maar meer bij de eigen bevolking.
Natuurlijk moet je wel de nodige voorzorgsmaatregelen nemen tegen zakkenrollers en tasjesdieven.
Goed opletten, rugtas op je buik en niet met je geld, 'flashy' camera of horloge showen.
Als je deze zaken in ogenschouw neemt heb je een leuke tijd op de markt.
Met ons groepje van acht ging alles prima.
We trokken veel samen op en hadden gemeenschappelijke interesses.
Een van de leden moest nog wel een vreemde hand uit zijn broekzak halen maar gelukkig zat er niets in.
Otavalo heeft leuke eettentjes voor zowel de lokale bevolking alsmede de toeristen.
Alhoewel er natuurlijk wel een verschil is aan te merken.
Bij de toeristen klein, kleurig en knus en bij de lokale bevolking grote hallen met veel kraampjes en kunststof stoelen.
Veel toeristen hebben we niet gezien.
Alleen een reisgezelschap van 'Saweda' en 'Koning-aap' volgden dezelfde route die wij hadden geboekt bij 'Shoestring'.
Op verschillende plekken kwamen we elkaar weer tegen.
In het algemeen zie je in Peru veel meer toeristen dan in Ecuador.
|
Baños
Via Quito zijn we naar onze vierde bestemming gereden.
Baños, genoemd naar de aanwezige warmwater baden.
Dit is een bekend gebruik in Ecuador.
Steden worden vaak vernoemd naar bekende natuurfenomenen; Warmwaterbronnen, rivieren of vulkanen.
Voordat we echter in Baños aankwamen hebben we onderweg eerst een een stukje van de vulkaan 'Cotopaxi' (5897m) beklommen.
Vanaf de parkeerplaats waar Johnny zijn bus heeft geparkeerd tot aan de eerste 'refuge' op 4810m.
Let wel dit is maar 40m lager dan de 'Mont Blanc'.
We deden een uur over 100m in een ijle omgeving met gelukkig weinig zon.
Anders was het zeker een zweet tocht geworden.
Nu moesten we in de hagel naar beneden maar dit vond niemand erg na de kop hete chocomel in de hut.
Met wat roetsen door de morene waren we in 15 minuten weer bij de bus.
Gedurende de afgelopen negen dagen zijn er binnen de groep wel wat mensen ziek geworden.
Het was hoofdzakelijk diaree die van de één op de ander overgaat.
Zomaar voor een dag of twee, vermoedelijk door het hoogte- en temperatuurverschil die de reis ons brengt.
Imodium en Coca-cola zorgen er echter voor dat de reis voor een ieder toch draagelijk kan doorgaan.
Baños is een groene en populaire bestemming voor toeristen
Er zijn veel adventure sport attracties voorhanden.
Een soort Pokhara uit Nepal.
Raften, mountainbiken, horse-riding, parapente, quad-riding, canyoning, etc.......
We zien in Baños ook meer backpackers dan tijdens de eerste 9 dagen van onze reis.
Dus ook veel restaurantjes en winkeltjes.
Baños is een gezellg overzichtelijk relaxed plekje.
Ook wij hebben er een leuke tijd gehad.
Veel gelopen, (natuur en winkelen) incl. een bezoek aan de warmwaterbaden en lokale watervallen.
Voor de liefhebbers zijn er nog meer watervallen te vinden in de valei die richting de Amazone loopt.
Deze zijn te bereiken via de oude (gedeeltelijk vernieuwde) weg naar Tena.
Je kunt de valei ook oversteken met een staalkabelbaan.
Een bezoek aan de warmwaterbaden is in elk geval een must.
Toeristen en de lokale bevolking zitten dan samen in een bad met een doorsnede van maar ongeveer 6 meter.
Het water is ongeveer 43gr.C.
Bijna te heet om in te blijven.
Als verkoeling kun je daarna een douche nemen onder het ijskoude water van de waterval.
|
Chimborazo
Onderweg naar Riobamba, onze vijfde bestemming, hebben we aan de voet gestaan van de 'Chimborazo', met haar 6310m, de hoogste vulkaan van Ecuador.
Het had flink gesneeuwd waardoor de parkeerplaats niet bereikbaar was voor Johnny zijn 'coach'.
Halfverwege (4700m) zijn we uitgestapt en toch begonnen aan de trekking naar de 'Whymper' refuge (+5000m).
In sneeuw en mist die tezamen met de zon op een turks stoombad leek.
De begeerde refuge (5000m) bleek echter te hoog ingeschat in deze omstandigheden binnen de beschikbare tijd en na twee uurtjes waren we weer terug bij de gestrande 'coach' van Johnny.
Zo zie je maar dat het bergklimaat niet is te voorspellen.
Het was echter toch een bijzondere ervaring.
Zo zagen we naast Lama's en Alpeca's tevens Vicuñas in de sneeuw.
En omdat we eerder terug waren dan verwacht hadden we tijd over om in de lager gelegen berghut onze lunch te nuttigen.
Voor een ieder van de groep een mooi alternatief.
We hadden ook nog op de mountainbike naar beneden kunnen rijden maar gezien het gladde en soms natte wegdek hebben we ook dit maar gecanceled.
|
Riobamba
We hebben maar één dag doorgebracht in Riobamba.
Deze dag was voor ons echter een hele mooie en kwam als een complete verrassing.
We zijn toen we naar een donderdagse weekmarkt in 'Guamote' gereden.
Dit plekje is geheel niet toeristisch en de lokale bevolking was nog mooier gekleed dan in Otavalo.
Trotse mensen in kleurige dracht en zich onbewust van ons pottekijkers.
De markt was niet zo groot als in Otovalo maar er werd ook van alles verhandeld en we hebben er wel drie uur rondgedwaald.
Heel mooi en indrukwekkend.
Onderweg naar Cuenca, onze zesde bestemming, hebben we de trein van Alausi naar de 'Duivelsneus' genomen.
We hadden hier veel van gelezen en het spoor zou net opnieuw gerenoveerd zijn na de vernieling door landverschuivingen in 1998 veroorzaakt door El Niño.
De treinreis heeft echter veel van haar charme verloren.
Bovenop de trein zitten is niet meer toegestaan sinds een chinees tijdens de rit is onthoofd door kruisende kabels.
De trein is nu geheel gesloten (zelfs de ramen kunnen niet open) en gaat niet verder dan de Duivelsneus.
Voor 30,- USD kun je een retour Alausi kopen incl. lunch en een dansatractie op het station bij de Duivelsneus.
Voor ons persoonlijk een grote tegenvaller.
Maar het bezoek aan 'Inka Pirka' aan het eind van de dag maakte alles weer goed.
Een mooie Inka-ruine en een goede uitleg van onze gids David.
Ook het zijaanzicht van het gezicht, gevormd door de rotsen, dat de Inka's heeft aangezet zich hier te vestigen was nog geheel intact.
Het centrum van het complex was gebouwd om de zon te vereren.
Dat wij dit mochten aanschouwen bij ondergaande zon was heel speciaal.
|
Cuenca
We hebben twee dagen doorgebracht in Cuenca.
De eerste dag zijn we met z'n allen in een open tourbus gestapt voor een city-tour door de stad.
De bus vertrok van het centrale plein, maar niet voordat de gehele groep onopvallend werd gefotografeerd door wat achteraf een journalist van de lokale krant "El Comercio" bleek te zijn.
Hij was bezig een artikel te schrijven over toerisme in Cuenca.
De krant zou 4 november uitkomen, net na ons vertrek uit Ecuador.
Het artikel hebben we niet meer gezien.
Een city tour is een toeristisch gebeuren maar het geeft wel een goede indruk van de stad en brengt je op plekken die je later zelfstandig nog eens kan gaan verkennen.
De mooie kathedraal is feitelijk het enige wat ons is bijgebleven.
Verder had de stad voor ons niet veel speciaals (m.u.v. twee T-shirts voor 7,-USD /st.).
De tweede dag zijn we met de 'coach' van Johnny de omgeving van Cuenca gaan verkennen.
We zijn toen langs een orchideen kwekerij, een weverij, een hoedenmakerij en een groente- en zilvermarkt gereden.
Een dagje met cultuur en uitleg van de lokale handenarbeid die ook in de lokale klederdracht is terug te zien.
Langs de weg en op de markten was het een drukte van jewelste.
's Morgens werden er op meerdere plaatsen varkens, kippen en guiny-pigs (kavia) aan het spit gebraden.
Op zondag gaan veel mensen op stap en combineren dit met een lekkere lunch aan de kant van de weg in één van de eettentjes.
Ook wij vonden dit een goed initiatief en hebben naast varkens- en kippenvlees onze eerste guiny-pig gegeten.
Het leek het meeste op kikkerbilletjes.
Heel zacht vlees met een laagje vet aan de buitenzijde.
|
Guayaquil
Onderweg naar Guayaquil hebben we vroeg in de ochtend een bezoek gebracht aan het NP 'El Cajas' op 3500m.
Op deze hoogte in "The cloud forest" vind je een hele unieke flora en fauna.
Het park staat met name bekend om haar bijzondere vogelsoorten, vele meren en Polylepis bomen.
Eén van de oudste boomsoorten die op deze hoogte groeien.
Zie foto rechts.
Guayaquil is de grootste stad van Ecuador.
De stad wordt door de rivier 'Guayas' in een arm en rijk deel opgesplitst.
Wij hadden een hotel in het rijke gedeelte vlakbij het nieuwe 'waterfront' aan de rivier.
Hier vonden we ook een mooi restaurantje waar we de laatste avond met Johnny, de altijd goedlachse chaufeur, hebben gevierd.
Hij zou ons nog naar Puerto Lopez aan de kust brengen maar vandaar zou hij doorrijden voor een nieuwe opdracht.
Onderweg wist hij elke dame met zijn charme wel aan het lachen te krijgen.
Ook hebben we vlak na aankomst nog een bezoekje gebracht aan het centrale plein met haar honderden leguanen.
De beesten lopen er los rond en zijn voor velen een leuke attractie.
Ons bezoek bleef bij één avond hetgeen voor iedereen uit de groep nagenoeg al teveel was.
De volgende ochtend zijn we snel vertrokken uit deze drukke stad.
|
Puerto Lopez
Puerto Lopez is onze laatste gezamenlijke bestemming voordat de groep zich opsplitst om vanuit Guayaquil weer hun eigen weg te gaan.
Twee dagen om uit te rusten van het toch vrij drukke programma.
Hoewel Puerto Lopez aan de kust ligt is er niet veel gezwommen.
Pas vanaf 4 november zou volgens verwachting de zon verschijnen.
Elk jaar is dit vrij nauwkeurig te voorspellen.
Toen wij er waren hadden we, wel warme, maar twee licht bewolkte dagen.
Het weer was net in de overgang van heel vochtig en mistig, gedurende het walvisseizoen, naar zonnig gedurende de komende zes maanden zomer.
Puerto Lopez heeft nl. een unieke baai die aantrekkelijk is voor walvissen om te paaien.
Gedurende de maanden augustus en september is het paaitijd voor de walvissen.
De walvissen zijn dan vanaf heel dichtbij te bekijken wat veel toersiten aantrekt.
Gedurende ons verblijf was het vrij rustig zonder veel gringo's.
We hadden een leuk hotel direct aan het strand.
Op het strand had je van die gezellige uit hout (met rieten daken) opgetrokken strandpaviljoentjes.
Naast een lekker biertje is er ook een uitgebreide kaart met likeurtjes.
De baai bood ook bescherming voor de lokale vissersvloot.
Elke ochtend en namiddag werd er vis aan wal gebracht.
In de ochtend de grotere vis, overgeladen vanuit de zeevaardige schepen, en in de namiddag de kleinere vis gevangen nabij de kust.
Het uitladen en verhandelen is een mooi gezicht.
Voordat de vis aan wal is gaan de handelaren al aan boord om te bieden.
Daarna wordt de vis uitgeladen, in moten gesneden en snel afgevoerd.
|
Isla de La Plata
Op de tweede dag in Puerto Lopez zijn we met de groep naar het eiland 'Isla de La Plata' getogen.
Het eiland ligt zo'n 40km uit de kust en wordt wel 'Klein-Galapagos' genoemd.
Niet dat het vergelijkbaar is, maar het is een mooi beschermd broedvogel gebied.
Je ziet er (kunnen wij bevestigen) in elk geval de Blauw- en Roodvoet Jan-van-Gent, Pelikanen, Fregatvogels en verscheidene soorten roofvogels.
Daarnaast hebben we nog zeeschildpadden gezien en bij het snorkelen de mooie onderwaterwereld.
Maar vermoedelijk het laatste zeker niet zo mooi als op de 'Galapagos eilanden' zoals we uit verhalen hebben vernomen.
Wat ons echter wel werd gegund was een onvergetelijke ontmoeting met drie bultrug-walvissen.
Op de terugweg van het eiland mochten we een poosje parallel met ze meevaren.
Ze waren onderweg naar het zuiden en gunden ons om de 4 á 5 minuten een blik van staart en rug.
Na 15 minuten hebben we afscheid van ze genomen om terug te keren naar de kust.
De reis er naar toe ging per speedboot met ca. 12 mensen en koste 30,- USD p.p. incl. lunch en Engelstalige gids.
Volgens ons goed besteed geld voor een hele dag op pad.
|
Guayaquil
Op de laatste dag zijn we met openbaar vervoer weer naar Guayaquil afgereisd.
Circa vier uur voorin een openbare bus met gedurende de gehele reis luide muziek.
Feitelijk hoor je in elke stad wel muziek op de achtergrond.
Panfluitmuziek, ook gebracht door live muziekanten, geschetter uit radio's maar ook mooie Midden-Amerikaanse muziek.
Ook in restaurantjes is er vaak live muziek aanwezig.
Na aankomst in Guayaquil zijn we weer richting het restaurantje aan het 'waterfront' gelopen voor een diner ter afscheid van onze gids David.
De volgende morgen vlogen wij (Anke & Wim) vroeg richting Peru en de rest van de groep zou 's avonds laat weer richting Nederland vertrekken.
Het werd een gezellig diner met de foto hiernaast als afscheidgeschenk en herinnering.
|